Spontaan
Het is vooral onwetendheid, waardoor mensen hun afval nog steeds op de grond of in een put gooien. Dat denkt Maria Bellekom - Vogels, een van de initiatiefneemsters van de Bermbrigade in Wassenaar. In Coronatijd begon ze samen met een vriendin afgedankte mondkapjes op te rapen, omdat ze zich eraan ergerde. Spontaan kwamen er steeds nieuwe mensen bij, die ook wilden helpen. Zo ontstond de ‘Bermbrigade’, een groep van zo’n dertig mensen, van wie elke week ongeveer acht mensen op zaterdagmorgen een uurtje in Wassenaar zwerfafval oprapen. Gemiddeld zes zakken vol blikjes, karton, pizzadozen en plastic is de oogst. “Het is een leuke actieve groep. We hebben nooit een oproep gedaan”, aldus Maria.
Zakasbakjes
Terug naar de sigarettenpeuken: in korte tijd heeft de Bermbrigade er maar liefst 5.000 van de grond geraapt. “Als ik mensen erop aanspreek, dan zeggen ze dat ze hun peuk altijd in de put gooien. Maar dat is nog erger, zeg ik dan. Want dan komt die peuk via het riool in het zeewater terecht.” Dat levert verbaasde reacties op. In sigaretten zitten niet alleen veel microplastics maar ook giftige stoffen die zo in het milieu terechtkomen. Mensen weten dat niet en blijven daarom in hun oude gewoonte hangen, denkt Maria.
Gemeente Wassenaar heeft twee billboards gefinancierd met de tekst “Wassenaar peukvrij”. Die zet de Bermbrigade neer waar ze aan het rapen zijn. “En ik probeer mensen soms een zakasbakje aan te bieden. Ze weigeren dat nog vaak, zeggen dat ze hun peuk altijd netjes in de prullenbak gooien.”
Wonen in kwetsbare natuur
Hoe zou je ervoor kunnen zorgen dat mensen hun afval niet meer op straat gooien? Soms zelfs naast een lege prullenbak? De gemeente zou meer voorlichting kunnen geven, denkt Maria. “En winkeliers en horeca erop aanspreken, dat zij hun directe omgeving zelf schoonhouden.” Want de Bermbrigade besteedt veel aandacht aan Wassenaar centrum. “Er ligt altijd veel afval op het marktterrein en op plekken waar de jeugd rondhangt.” Over de jeugd gesproken: ze is blij dat er initiatieven zijn bij het Rijnlands Lyceum en de Amerikaanse school om met groepen leerlingen afval te gaan rapen, als een sociale stage. “Je kan er niet vroeg genoeg mee beginnen.”
Samen zorgen voor een schonere leefomgeving
Kan ze nog wel ‘normaal’ ergens wandelen? “Nou, mijn man zegt altijd, probeer maar niet naar de grond te kijken, haha. Want ik neem altijd een plastic zak mee. Als ik wat zie liggen, wil ik het toch even oprapen. Ik vind het ook niet erg. Ik beweeg, verstand op nul, even je hoofd leegmaken. En ik ben blij als ik veel afval heb kunnen meenemen. Eigenlijk zou je het moeten omdraaien, hè. Je zou blij moeten zijn met weinig.”
Maria merkt dat er in de duinen, waar ze ook wel eens loopt, veel minder afval ligt. Dus het besef dat je in een nationaal park vlakbij kwetsbare natuur woont, kan helpen om gedrag te veranderen. Daaraan kan de campagne “Samen zorgen voor Nationaal Park Hollandse Duinen” zeker een steentje bijdragen. Hoe meer mensen helpen hun eigen leefomgeving schoon te houden, hoe beter het is. Voor hun eigen gezondheid en voor die van de natuur in Wassenaar en het nationaal park.